zaterdag 22 november 2014

Penthesileia


...en lukte het me niet een jongen naar mijn hol te slepen. Als een kleine Amazone richtte ik in mijn fantasie mijn pijlen op iedere prooi die voorbij liep en woonde hem zoals Penthesilea (koningin van de Amazones) dat deed als seksslaaf uit tot ik was uitgespeeld.

Halina Reijn (actrice, schrijfster en columniste in De Morgen 19/11)

Een jongen uitwonen tot je bent uitgespeeld. Klinkt heftig. En helemaal in de spirit van de nieuwe jong-en-je-wilt-wel-eens-wat-metamorfose van de Zalmbode. Reijn had nog heel wat meer seksegerichte bedenkingen, want het was blijkbaar internationale mannendag. Hierboven vindt u de link. Op het einde van haar stukje liet ze merken dat ze zelfs Bronnen geraadpleegd had: "Manless, without husbands" staat er bij de etymologie van het woord Amazonen op Wikipedia.

Wikipedia heeft nog veel, veel meer over Amazonen. Bijvoorbeeld een uitgebreide etymologie, waar bovenstaande vertalingen maar een klein onderdeeltje van zijn, maar het is begrijpelijk dat Reijn deze, in haar betoog passende, omschrijving kiest: haar jacht op een man levert geen resultaat op. Handige afsluiting.

Spijtig natuurlijk dat zij bij haar bronnenraadpleging in het artikel van Wikipedia bij de vierde regel is blijven steken, terwijl er nog een 200 te gaan waren. En passant had ze ook even Penthesileia kunnen controleren, volgens het journalistieke adagium check-and-double-check. Maar helaas voor haar valt ze al meteen door de slordigheidsmand. Het natte-vinger-werk is tegenwoordig blijkbaar het criterium voor steeds onbenulliger wordende krantencolumns.
(Onder het label 'kemel' vindt u er nog zo een paar.)

Amazones hebben waarschijnlijk wel bestaan, maar we kennen hen slechts uit de ontelbare Griekse verhalen die van een levendige fantasie getuigen. En als er nu eens iets niet daarin te vinden is, is dat zij 'mannen uitwonen', Penthesileia niet uitgezonderd. Amazonen waren een soort beroepsmaagden. Mannen vonden ze één keer per jaar bij de buren of bij overwonnen vijanden, om hun voortplanting te verzekeren. Niks joligs aan, overlevingsnoodzaak. In Athene stond hun strijd tegen de Grieken wel bovenaan de legendenlijst. Om het met Eva C. Keuls* te zeggen: zij waren the mythological archetype of the battle of the sexes ofte The Universal Male Nightmare.

Penthesileia (Πενθεσίλεια) vecht in de Griekse epische traditie met haar amazones aan de kant van de Trojanen vóór Troje tegen de Grieken. Na opvallende wapenfeiten komt zij oog in oog te staan met de held Achilles en delft het onderspit. Op het moment dat hij haar doodt en haar de helm afdoet wordt hij overweldigd door een hartstochtelijke liefde voor haar. Helaas.

Heinrich von Kleist (1808) draait de rollen om, en laat Penthesileia Achilles doden en verscheuren (met haar honden). Het drama eindigt met de zelfgewilde dood van Penthesileia. Deze versie van Von Kleist is heel populair geworden en heeft veel navolgers gekend.
Maar zelfs de hartstochtelijk verliefde Penthesileia van Von Kleist houdt het heel keurig op het podium.

Om nog even op het thema 'seksslaaf' verder te borduren: er bestaat een mythe waarin een held als slaaf van een vrouw fungeert. Krachtpatser Hercules heeft het verkorven bij de god Apollo en moet van het orakel voor straf drie jaar lang de voetveeg worden van de Lydische koningin Omphale. Afgezien van allerlei vernederingen, die in de Griekse wereld als schandelijk voor een man ervaren werden (hij moet vrouwenkleren dragen, helpen met wol spinnen, enz. ;-), verwekt hij ook drie kinderen bij haar. Dus ja, hier komt seks aan te pas. Maar Omphale was geen amazone.

--------------------------------------------------
* Eva C. Keuls "The reign of the phallus"

woensdag 29 oktober 2014

Een culinaire homo sapiens


...de ‘sapiens’ in homo sapiens duidt enerzijds op het Griekse woord ‘sophia’ (wijsheid) en anderzijds op het Latijnse woord ‘sapere’ (proeven).

Een leraar die een zin als deze in het opstel van een leerling ziet staan, reageert meestal mild op een dergelijke goed bedoelde etymologische opmerking, die nog duidelijk het gebrek aan ervaring weerspiegelt bij de zoektocht naar de oorsprong van woorden.

Hij maakt zijn pupil dan duidelijk dat dit Latijnse woord niet op het Grieks duidt (tenzij via de lange regressieve omweg van het Proto-Indo-Europees), maar gewoon samenhangt met het Latijnse woord sapientia, dat net zoals sophia 'wijsheid' betekent. En dat sapere, naast 'wijs zijn' inderdaad ook 'proeven' betekent, maar dat de laatste betekenis in deze context nooit bedoeld is bij het benoemen van de homo sapiens.

Als echter bovenstaand citaat op de opiniepagina van de zelfverklaarde kwaliteitskrant De Standaard te vinden is (28/10/2014) en is voortgevloeid uit de pen van een, ook zelfverklaarde, professor ethiek, filosofie en medische filosofie aan de Universiteit Gent en de Arteveldehogeschool, namelijk Ignaas Devisch, dan kan men zich afvragen of een filosofie-opleiding echt wel zo helder leert denken en formuleren als ze beweren.

Ignaas had een darling: hij wilde zijn opiniebetoog (het ging over politiek, en schijnheiligheid, en maatschappelijke sferen) afronden met een uitgesponnen vergelijking waarin de 'proevende mens' de hoofdrol speelt. Om te oordelen, moeten we proeven. En met een taalkundig slimmigheidje: De mogelijkheid daartoe zit in onze soortnaam ingebakken ('ingebakken', hebt u hem?) was hij gelanceerd en moest de homo sapiens er aan geloven.

Luisteren is proeven en spreken is koken. Dat maakt samen een maaltijd uit. Daarna kan het oordeel volgen en ook al hoeven we niet elkaars recepten klaar te maken, het minste wat we kunnen doen, is uitleggen waarom het recept van de ander geen goede maaltijd heeft opgeleverd.

Iets zegt mij dat Ignaas soms naar televisie kijkt. Onze pastoor zou het niet beter gekund hebben: met slimme woordspelingen de mensen pakken waar hun interesses liggen in het dagdagelijkse leven. Ethiek voor het kijkvee.

zaterdag 11 oktober 2014

In zeven dagen een pontonbrug


De website Port-of-Antwerp doet niet aan valse bescheidenheid. Wij lezen: de bouw van de Pontonbrug over de Schelde ter hoogte van het Steen is een technisch huzarenstukje.

Een liefkozend verkleinwoord voor zoiets knaps (Van Dale: 'kranige, stoutmoedige, geslaagde en snelle prestatie'). 370 meter lang en in maar zeven dagen tijd in elkaar gestoken. En na drie dagen weer afgebroken. Fijn voor de Benelux-krijgsmacht, dat ze vorige week nog eens wat praktijk te doen kregen en zich als makers konden profileren in plaats van kapotmakers. En fijn dat Antwerpen zich nog eens kon koesteren in wereldmedia-aandacht. Wie de brug-van-drie-dagen betaald heeft heb ik niet opgezocht. In deze tijden van overvloed zal het zeker niet met ons belastinggeld gebeurd zijn.

Het ding was voor de rest natuurlijk compleet nutteloos, tenzij als bron van ontspanning: koning Filip heeft duidelijk genoten van zijn rol in 'De Vlucht Over De Schelde'.



Maar pet af voor de vakbekwame pontonniers die in 1914 drie van dergelijke, wel nuttige, bruggen over de Schelde aanlegden. Honderd jaar techniek geleden konden zij dat blijkbaar ook al in 7 dagen. Alle details zijn terug te vinden in dit degelijke document.

Wat zouden ze bij Port-of-Antwerp zeggen over een dubbele pontonbrug van 3 kilometer lang die, alweer in 7 dagen, klaar was, 2494 jaar techniek geleden?

In het jaar 480 v.C. vatte de Perzische koning Xerxes het plan op Europa voor de tweede keer binnen te vallen (zo zegt Herodotos in het 7e boek van zijn Historiën) en Griekenland bij zijn rijk te voegen. De eerste poging stamde van zijn vader Darius, 10 jaar eerder. En bij twee invasies vanuit die hoek zou het niet blijven, zoals wij nu allemaal weten; gewoon 'Perzen' vervangen door 'Hunnen', 'Arabieren', of 'Turken'.

Xerxes zag het als een strafexpeditie tegen Athene, dat zijn vader, Darius, beledigd had. Voor de Grieken was dit de oosterse mentaliteit in een notendop. De Perzische koning had onderdanen, in de letterlijke betekenis van het woord, die volgzaam moesten doen wat hen gezegd werd, en Athene was ongehoorzaam geweest. De Grieken waren op dat moment doordrongen van het gelijkheidsbeginsel in hun kersverse democratie en keken met verachting neer op de Perzische slavenmentaliteit. Dat verschil in mentaliteit wordt nu algemeen naar voor geschoven als verklaring voor de overwinning van een handjevol Grieken op een gigantische Perzische tegenstander. Daar raken ze in Griekenland niet over uitgepraat, en met reden (vind Griekenland op het kaartje).



Maar ik ging het over een pontonbrug hebben.

Het gebruiken van pontonbruggen had Xerxes thuis geleerd. Vader Darius had er al eens een laten bouwen over de Bosporus om het rijk van de Scythen binnen te vallen. Die brug was prima in orde en hield het onder de doortocht van het Perzische leger, zowel heen als terug, d.w.z. terug van een kale reis. Dat laatste was voorspeld aan Darius, maar die had niet willen luisteren. In 480 kreeg Xerxes ook verschillende waarschuwingen en voortekenen dat zijn expeditie faliekant zou uitdraaien, en hij bleek een even grote stijfkop als zijn vader.

Darius had alleen een vloot gebruikt, maar Xerxes zag het groter, een vloot plus een landleger, en dus moest hij de zeestraat het dichtst bij Griekenland oversteken: de Dardanellen. Of, zoals die in de oudheid heette, de Hellespont. Toen Xerxes met zijn leger vanuit de hoofdstad Susa aan de Tigris vertrok had hij deze veldtocht al drie jaar voorbereid. Langs het hele traject waren opslagkampen met voorraden voor het leger aangelegd. Er was een kanaal gegraven doorheen de landengte bij de berg Athos, zodat de vloot, veilig voor de gevreesde egeïsche stormen en stromingen, Griekenland gemakkelijker kon bereiken. En de pontonbrug over de Hellespont was af.

En dan ineens niet meer. Gewoon een stevige storm, en weg was de brug. Een duidelijk voorteken, maar Xerxes was ziende blind. Zijn reactie op deze tegenslag lijkt als twee druppels water op gedrag dat ook nu weer in die contreien in opmars is, en kan in drie woorden samengevat worden: onthoofding, zweepslagen, dreigementen. Respectievelijk (van) de architecten van de brug, (voor) het water van de Hellespont en (aan het adres van) de plaatselijke zeegoden. Na deze adequate maatregelen gaf hij het bevel tot de bouw van een nieuwe brug.

De nieuwe brug bestond uit twee parallelle pontonbruggen. Herodotos geeft een uitgebreidere beschrijving van de bouw in hoofdstuk 36 e.v.

De schepen van de parallelle bruggen lagen met hun voorstevens naar buiten gericht, om zo de sterke stromingen vanuit de Egeïsche Zee en de Zwarte Zee op te vangen. (In Antwerpen hebben ze dat om en om gedaan in de enkele brug.) Interessant is het gebruik van kabels over de gehele lengte van de brug, wat een historicus doet concluderen dat het hier eigenlijk een hangbrug betrof. (Om de sterke stroom te weerstaan werden de pontons onderling verbonden met kabels. Deze kabels kregen daarmee dezelfde functie als de draagkabels bij een hangbrug. H. de Jong, 'Over bruggen', 1983). De koning had voor dit doel gespecialiseerde kabelvlechters in dienst. Feniciërs maakten kabels van vlas, en Egyptenaren van, jawel, papyrus. En deze keer werd ieder van de 700 boten voorzien van zware ankers tot op de bodem van de Hellespont.

Een beroemde passage uit dit boek wil ik u niet onthouden. Voordat Xerxes met zijn leger de Hellespont overtrekt, wil hij nog eens al zijn troepen schouwen. Gezeten op een heuvel op een witte troon, voor die gelegenheid door de plaatselijke bevolking op voorhand in gereedheid gebracht, ziet hij aan de kust heel zijn vloot liggen, en aan land het hele leger opgesteld. We spreken over 1.700.000 infanteristen, 80.000 ruiters, 1.207 dieren, en 3.000 vrachtschepen (bron).
Xerxes is opgetogen over het schouwspel maar barst daarna in tranen uit. Gevraagd naar de oorzaak van zijn verdriet verklaart hij: 'Ineens kwam de gedachte bij mij op hoe spijtig kort een mensenleven is, beseffend dat van heel deze massa mensen er over honderd jaar niemand meer in leven zal zijn'.

En dan trekt die troepenmacht met succes de Hellespont over, met de gekende afloop. De pontonbruggen laten zij zo liggen. Maar wanneer het terugtrekkende leger opnieuw aankomt bij de Hellespont is het alweer prijs: stormen hebben een groot deel ervan verwoest.

Hier zou ik kunnen stoppen.

Maar ik wil nog even iemand van de eerste grote bruggenbouwers in Europa aan het woord laten. De Romein Iulius Caesar.

Tijdens zijn veldtocht in Gallië, in het vierde oorlogsjaar, beslist hij de Germaanse stam van de Ubii te gaan helpen, aan de overkant van de Rijn. Hoe gaat hij zijn legioenen daar krijgen? De Ubiërs zeggen dat zij boten in overvloed hebben. Wat is Caesars repliek?

Caesar his de causis quas commemoravi Rhenum transire decreverat; sed navibus transire neque satis tutum esse arbitrabatur neque suae neque populi Romani dignitatis esse statuebat. Itaque, etsi summa difficultas faciendi pontis proponebatur propter latitudinem, rapiditatem altitudinemque fluminis, tamen id sibi contendendum aut aliter non traducendum exercitum existimabat.(D.B.G. IV, 17).
(Om al deze redenen had Caesar besloten over den Rijn te gaan; maar den overgang op schepen hield hij niet voor veilig genoeg en beneden zijn waardigheid en die van het Romeinsche volk. Ofschoon men hem het bouwen van een brug wegens de breedte, den snellen stroom en de diepte der rivier als met de grootste moeilijkheden verbonden voorstelde, meende hij echter daarbij te moeten volharden, of anders niet over te steken. vert. Van Doesburg)

Een Romein bouwt een Brug. Schepen gebruiken is beneden zijn waardigheid.
De (houten) brug was klaar in...10 dagen.


woensdag 27 augustus 2014

Cultuurgeografie


En helaas beschouwen veel Israëli’s hun land nog altijd als een bedreigd Athene, in plaats van een hedendaags Sparta.
Zoeken in de context rond deze uitspraak van een Chams Eddine Zaougui levert geen verdere verklaring op voor de duidelijk exemplarisch bedoelde vermelding van Athene en Sparta. Welk exempel precies?
Er is geen aanloop naar de vergelijking, geen verwerking ervan in de volgende regels... Gewoon pats boem Athene en Sparta. Een beetje cultureel doen, wat weet de lezer daar nou immers over. Als het maar denigrerend overkomt. Daar zorgt het trefzeker geplaatste 'helaas' wel voor.

zaterdag 23 augustus 2014

Imperium Romanum


Iedere school heeft zo zijn verhalen over ietwat karikaturale leraren die er een generatie eerder de klassen vermaakten of terroriseerden. Verhalen die langzamerhand tot een urban legend evolueren. Op mijn school was dat (o.a.) de lerares die ieder jaar op 15 maart compleet in het zwart gekleed de klas binnenkwam. Dit om haar leerlingen in te prenten dat op de Iden van maart Iulius Caesar vermoord was. Hun lerares Latiin.

Met die moord kwam een einde aan de feitelijke alleenheerschappij van de dictator en ontstond er een machtsvacuüm totdat Octavianus, de latere Augustus, onder de titel van princeps de eerste keizer van Rome werd. Of, zoals Tacitus het in het weergaloze eerste hoofdstuk van zijn Annales formuleert: Augustum ..., qui cuncta discordiis civilibus fessa nomine principis sub imperium accepit.

Nu ben ik niet zo alert voor datums en jaartallen, maar deze had ik eigenlijk niet mogen missen: 19 augustus 2014, vier dagen geleden. Opnieuw een Amerikaan, Timothy B. Lee, die er mij attent op maakte. Op zijn blog van 19 augustus is niet te zien of hij zich voor de gelegenheid in het zwart gestoken had, maar het zou hem niet misstaan hebben: Caesar Augustus died 2000 years ago.

En juist deze maand vind ik nog allerlei andere berichten over het Romeinse keizerrijk, gestoffeerd met mooie plaatjes en kaarten. Dezelfde Timothy B. Lee heeft nog maar pas een 40 Maps that explain the Roman Empire uit, een echte historische atlas waar ik in mijn klas volop gebruik van had kunnen maken. Hij is wel wat slordig in de volgorde van de kaartjes: hij springt voortdurend heen en terug in de tijd. Ik kende het 40 Maps that explain the Middle East van dezelfde website Vox al, mét netjes oplopende chronologie, en ook daar is aardig wat werk in gekropen.

Een ronduit indrukwekkende site is Digital Atlas of the Roman Empire (2013), waar ik bij uitvergroting bijv. bij Destelbergen ben uitgekomen ;-) En Gent, en Waasmunster. Het is een kaart waar men tot nu toe bekende plaatsen uit de 'Latin tradition', vermeld in oude geschriften, op mijlstenen, etc., kan terugvinden, en het werk is nog niet af (een lijst van vindplaatsen hier). Een titanenwerk moet dat geweest zijn. Het is even zoeken hoe je erin moet navigeren, en de gezochte plaats moet netjes met een hoofdletter getikt worden :-)

Zo, nu weet u tenminste waar u zich mee bezig kan houden op die lange koude winteravonden bij het haardvuur.

dinsdag 19 augustus 2014

...de speer stak in de lies, de ziel ontvluchtte ’t lijk (Homeros revisited)


Vrijblijvend rondsurfend stootte ik op een recente blogpost over Homeros' Ilias en Odyssee. Ik ben meer een Odysseelezer, maar het heeft me altijd verrast dat ik zelfs het spierballengerol en het macho haantjesgedrag in de Ilias kon pruimen, inclusief de grafische anatomische details. Ik heb er een uitleg voor, maar wil liever Christine D'haen hierover aan het woord laten:

Lezen en zijn

Hij stortte in ’t stof voorover, ’t bot brak middendoor,
de arm gerukt van ’t lichaam viel hij rugwaarts neer,
het hoofd hing nog aan huid, het bloedwarm blad der speer
zijn daglicht dovend drong diep hem onder het oor.

Zijn hoofd in twee gespleten, ogen vol met bloed,
viel hij languit ter aarde, nacht op hem. Een steen
spleet hem de slapen, de ogen botsten voor zijn voet.
Het paard hoefklauwend schreeuwde ’t uit, zijn geest vlood heen.

De helm, nog nooit gehavend, smeet eensklaps de god
van ’t hoofd hem, paardehaar en veren in het slijk,
de speer stak in de lies, de ziel ontvluchtte ’t lijk.

Van hiel tot enkel borend, bond de riem aan ’t rad
zijn voet, spreidde mooi donker haar modderbespat.
Lezen is heerlijk, leven zelf een vreselijk lot.
*

Een gebalde compilatie van ridderlijke wederwaardigheden op het slagveld van de Ilias, volgehouden tot de volta in de laatste regel. Schitterend sonnet.

De blogpost van Lauren Jenkinson is van het lichtere genre, het betreft een 'infographic', een strip over de Ilias en Odyssee, door haarzelf getekend met allerlei analyses en commentaar, bestemd voor haar leerlingen. Want ze is full-time leraar. Op haar home page vind je nog meer, o.a. een reeks over Herakles (waar haalt ze de tijd?).

Hiernaast zie je de stijl: de drie 'top-gruwelijkste' voorbeelden van dood op het slagveld. Griezelen, spannend! Zo houd je de kinderen bij de les ;-)
Maar dit beetje ironie wil toch niets afdoen aan de bewondering voor haar prestatie met de Ilias en Odyssee. Ga zelf eens kijken.

En hier kom ik toe aan een discussie over Homeros' anatomische kennis (en die van zijn tijdgenoten). Iemand heeft zich in het verleden bezig gehouden met, en gepubliceerd over, de bovenstaande beschrijvingen en alle andere bij Homeros van de impact van wapentuig op het menselijk lichaam. Die zouden behoorlijk accuraat zijn, wat natuurlijk niet meer dan logisch is: in die tijden van 'ridderlijke' oorlogvoering stond men lijf aan lijf te vechten en zag men alles onder zijn neus gebeuren. Nog geen kanonnen, raketten, drones in de aanbieding.

(Men heeft het nu te pas en te onpas over de 'cloud', dus ik ook. Mijn geheugen is zo'n cloud, daar zweeft van alles in rond, maar die publicatie waarvan hier boven sprake: niet te vinden. Ik geef het u zoals ik het mij herinner, zonder referentie; als iemand meer en/of beter weet, graag een commentaar.)

Hét bewijs dat de oude Grieken een grondige kennis van (de werking van) het lichaam hadden was, naar men beweerde, de passus in de Ilias (IV,491-493) waar een strijder getroffen wordt in de lies en op slag dood neervalt. Daar loopt een slagader, die, eenmaal overgesneden, massief bloedverlies en onmiddellijke dood veroorzaakt. Deze heet de arteria iliaca. De publicatie knoopte aan deze benaming een etymologische conclusie vast: de naamgeving zou teruggaan op deze passus in de Ilias.

Op deze wikipagina gaat men nader in op de etymologie van het os ilium. Men geraakt er niet echt uit, en verwijst op het laatst zowaar naar Ilium/Troje.

De ridderlijke sfeer van de Ilias, waar helden met elkaar de bloedige strijd aangaan voor hun eigen eer en die van hun makkers, laat de lezer even toe zich uit de realiteit terug te trekken in, om in de geest van Christine D'haen te spreken, de beschutting van het epos. 

Want we leven in grimmige tijden, met plassen bloed die via het scherm de huiskamer binnenstromen. Ons gratis doorgestuurd door de laffe godsdienstpsychopaten van het mohammedaanse Kalifaat. Echt bloed. En niet van andere helden.

---------------------------------------------------------------
* “Alle Dinge sind herrlich zu sehn, aber schrecklich zu seyn.” (Schopenhauer)